Verhaal

Het molentje van Van der Molen

20130907_151629.jpg Corry Blok-Plas

In tegenstelling tot het breien van truien en sokken was het breien van netten mannenwerk.

DSC02472.JPG

Het breien en boeten van netten is niet hetzelfde. Breien is van basismateriaal (garen) een visnet maken en boeten is het repareren van een net. Eigenlijk vrij logisch: Je breit een nieuwe sok en je stopt het gat dat erin is gesleten. Boeten is dus eigenlijk net zoiets als stoppen. Alhoewel dat laatste niet veel meer voor zal komen. Tegenwoordig stoppen vrouwen nauwelijks meer terwijl het netten boeten nog steeds wordt gedaan in de visserij. Dit in tegenstelling tot het breien van netten. Die worden tegenwoordig meestal kant en klaar besteld. Net als de sokken overigens.

MVI_0966(2).jpg

Netten boeten in februari 2017 aan boord van de Noordzeekotter UK 57

Maar vroeger werden de netten meestal door de vissermannen zelf gebreid. Echt mannenwerk, de vrouwen beperkten zich tot de truien en de sokken.

De garens, die voor het breien van de netten werden gebruikt, werden geleverd door touwslagerijen en spinnerijen. Tot de eerste Wereldoorlog werd hiervoor Russisch hennep, linnen, vlas en zijde gebruikt. Schaarste in de oorlog was de reden dat de vissers overstapten op katoen. Het katoen werd geleverd in strengen. Dat was lastig werken, dus moest hiervan eerst een bol worden gemaakt. Voor dit zogenaamde opkluwen werd het molentje op de foto gebruikt. Zo’n molentje werd ook wel kroontje genoemd. Heel handig is zo’n molentje: je kunt op je stoel blijven zitten en een bol winden terwijl de streng op het molentje rond draait.

Ik kan me nog wel herinneren dat ik voor mijn oma, die graag breide (truien, sokken en prikkende borstrokken, wie kent ze nog?) een streng met oude wol om beide armen moest ophouden terwijl zij hiervan een bol maakte. Je moest met je armen dan een beetje heen en weer rondjes draaien als ik mij dat goed herinner? Had zij nu maar zo’n mooi molentje gehad! Maar dat was natuurlijk weer alleen voor de mannen weg gelegd. 

Het molentje is van de familie Van der Molen, die van oudsher vissers waren. Klaas van der Molen, visserman op de Zuiderzee, verruilde in 1832 het eiland Schokland voor Enkhuizen. Hij trouwde daar en ook zijn nageslacht werd visser. Het is niet meer te achterhalen hoe oud het molentje precies is maar op de foto staat de mooi gerestaureerde originele versie.

Op onderstaande foto ziet men twee nazaten van Klaas, Piet van der Molen – de derde generatie na Klaas - in zijn vissersboot de EH 21 met het hoekwant in de spleetbakken. En de zoon van Piet, uiteraard ook weer een Klaas, die op jonge leeftijd het spleten onder de knie probeert te krijgen. Zie ook Hoekwantvisserij en de kunst van het spleten Ook op onderstaande foto: Bram de Graaf.

Scan_20170312 - kopie (3).jpg

Bronnen: Dhr. J. Smit eigenaar van het molentje en schoonzoon van P. van der Molen. “Van gaand en staand want” door Peter Dorleijn

Foto’s: Archief van Dhr. J. Smit en door auteur.