Verhaal

Juli: hooimaand

De traditie van het hooien op Marken

Geert-Jan Geert-Jan Davelaar icon location Marken

Veel mensen zullen bij Marken aan een pittoresk vissersdorp denken met op elkaar gepakt huisjes, kleurige streekdracht en Amerikaanse toeristen. Maar de graslanden van Marken zorgden lang voor een flinke hooiproductie.

Hooitijd op Marken

Tot ongeveer 1875 vormde het leven op het eiland Marken een geliefd onderwerp voor kunstenaars. Vooral de eenvoud van de vissersbevolking sprak tot de verbeelding. Het was op Marken gebruikelijk dat de vrouwen hooiden: de Marken mannen waren vissers en dus op zee.

In de tijd voor de aanleg van de Afsluitdijk overstroomde het zilte water van de Zuiderzee elk jaar de laaggelegen graslanden van Marken, een vruchtbaar laagje slib achterlatend. Het gras groeide hierdoor goed en staat tot ver in Holland en Utrecht bekend als uitstekend veevoer. Rond 1930 wordt er jaarlijks een miljoen pond hooi naar het vasteland, vooral Loenen en de Vechtstreek, verscheept.

De hooiboeren zijn eigenlijk Zuiderzeevissers die zich vooral bezighouden met (haring)visserij. Het hooien op het land wordt overgelaten aan seizoensarbeiders en vrouwen. Want ondanks de opkomst van maaimachines op andere plekken is het hooien helemaal handwerk. Lang werd dit gedaan door Duitse seizoenarbeiders, Hannekemaaiers genoemd. Elk jaar verschijnen deze arbeiders om met grote halen van hun zeisen het gras neer te maaien. Vervolgens spreiden de vrouwen het hooi uit zodat het in de zon kan drogen. Daarna wordt het hooi bij elkaar geharkt en worden er kleine hoopjes van gemaakt.

De pittoreske uitstraling van het ouderwetse handwerk door vrouwen in zomerdracht was lang een geliefd onderwerp van kunstenaars. De hooistersdracht is zo bijzonder omdat de vrouwen hagelwitte schorten dragen met witte oogstbroeken en een roodbonte 'zondoek'. Als de vrouwen na het hooien thuiskomen verwisselen ze hun schort direct voor een blauwe 'boezel' want de witte schorten zijn "voor de frisschigheid, want het wit slaat de hitte neer".

Als het hooi goed droog is dragen twee hooimeiden via twee stokken met een net ertussen het hooi naar het water. Hier wordt het op kleine schuiten geladen en naar de haven 'geboomd'. In de haven zijn de mannen aan het werk. Zij steken met tweetandige vorken het hooi op de kade en wegen het op grote weegmachines. Hierna wordt het hooi ingeladen in Marker Hooibotters die als drijvende hooibergen naar de vaste wal varen: in totaal 40 schepen met elk 22000 pond gedroogd gras!

Op het digitale televisiekanaal Geschiedenis 24 is de film 'Oogsttijd in het verleden - oogstgebruiken in het verleden' te bekijken. Vanaf 05.28 is de oogsttijd op Marken rond 1927 te zien: http://www.geschiedenis24.nl/speler.program.7172274.html

Bron: Hooi-tijd op het eiland Marken - D.J. Van der Ven (1930).