Het dorp Kuinre of eigenlijk is het zelfs een stad langs de Zuiderzee in de uiterste punt van de Kop van Overijssel maar meer dan dat in het ,,Land van Vollenhove" is een langgerekt lintdorp, langs wat nu de Henric de Cranestraat is. Aan twee kanten omgeven door water (Nieuwe kanaal en de Linde) en iets verder achter de buitenpolder de Zuiderzee. Een gemeenschap op de grens met buurprovincie Friesland.
Een overwegend agrarisch dorp maar met een haven en daarmee handelsverkeer over de Zuiderzee naar verschillende havenplaatsen dichter bij of verder weg. De beroepsbevolking bestaat uit veehouders, winkeliers, schippers, boerenknechten.
De belangrijkste geloofsstroming is zoals in veel meer dorpen en steden in Nederland de Nederlands Hervormde kerk. Een naam die pas in de 19e eeuw in gebruik komt. In Kuinre is dat niet anders, daarnaast is er een vrij grote groep Rooms Katholieken.
En dan volgen er een paar kleine geloofsgenootschappen en daar gaat het om in deze bijdrage. Met name de Nieuw Israëlieten. Vanaf wanneer wonen zij er wat doen zij en waarom of wanneer is het gedaan met deze geloofsgemeenschap.
,,Pinkas", het boek over de Joodse gemeenschappen in Nederland, en mag zeker een standaardwerk op dit gebied worden genoemd. De meest recente uitgave verschijnt in 1999 schrijft wel iets maar niet alles over Kuinre. Kuinre maakt deel uit van de gemeente in Blokzijl een kilometer of 10 langs de dijk. Pinkas noemt een aantal van slechts 20 Nieuw Israëlieten. Maar op basis van de bevolkingsregisters moet dat aantal bijgesteld worden. (Over Blokzijl volgt op een later tijdstip een bijdrage).
Aan het eind van de 18e eeuw moet er al een Israëliet in Kuinre zijn gaan wonen, er was bedrijvigheid en handel en dat is vaak een reden om zich in zo'n plaats te vestigen. Gaandeweg vormt zich er een kleine gemeenschap:
1830 - 1840: 19 personen; 1840 - 1850: 20 personen; 1850 - 1860: 34 personen; 1860 - 1870: 32 personen; 1870 - 1880: 34 personen
en dan ineens een sterke daling tussen 1880 en 1890 met slechts 4 personen. Niet veel later vestigt zich er dan nog een nieuw gezin en komt het aantal tussen 1890 en 1893 op 10 personen. In 1891 overlijdt de moeder van een gezin, de kinderen trekken in 1891 en 1893 naar Blokzijl of Lemsterland. Voor het gezin dat zich kort daarvoor nog vestigde is dat misschien ook de reden om kort daarna Kuinre te verlaten en naar Amsterdam te verhuizen en dan eindigt ook het Joodse leven in Kuinre, ook al is het een kleine groep de feestdagen van het Joodse leven zullen ze ,,als altoos blijvende herinnering" gevierd hebben. Sara de Vries zou wel eens de allerlaatste Israëliet kunnen zijn geweest die op 2 maart 1893 in Kuinre is geboren.
Haar jonge jaren zullen nog zijn zoals ouders dat graag zien: onbevangen en onbezorgd. Vanaf 1931 moet er toch een verontrustend gevoel zijn gaan heersen over landen in Europa en niet in het minst bij Israëlieten. Vanaf 1940 zou het een inktzwarte periode gaan worden. Wie weet waar Sara de Vries toen was.
De mannen waren hoofdzakelijk werkzaam in beroepen die voor Israëlieten zeer herkenbaar zijn: inlands kramer, slager en koopman. Twee bijzondere beroepen zijn: bode en Jozias de Vries was gedurende enige tijd : ,,debutant voor de staatsloterij" iemand die loten aan de man bracht en daar geld mee verdiende.
In Kuinre wonen ook een aantal Doopsgezinden. Ook hier geldt hetzelfde als vr Israëlieten: er is handel en er is wat te verdienen als schipper of als winkelier. Hun aantal loopt op van 3 in 1840 naar 14 in 1921 met een maximum aantal van 17. In de directe omgeving liggen Blokzijl en Giethoorn die allebei een vrij grote Doopsgezinde gemeente kennen.
Nog veel kleiner in aantal zijn de Christelijk Gereformeerden, Luthersen en leden van de Vrije Zendings Gemeente en een Mennoniet.
In het buurdorp Blankenham wonen tussen 1830 en 1900: Doopsgezinden, Mennonieten, Christelijk Gereformeerden en leden van de Vrije Zendingsgemeente, met deze aantekening dat in geen enkele decade het aantal boven de 5 leden van een van deze geloofsgemeenschappen komt. Daar is het dorp Blankenham al te klein voor. Dat er 3 Mennonieten wonen is opmerkelijk, ongetwijfeld komen zij van elders om vervolgens naar een dorp of stad te trekken waar meer geloofsgenoten wonen.
bijdrage geplaatst: 23 maart 2020
afbeelding: auteur