De wandeltocht tussen Stavoren en Hindeloopen en verder naar Workum loopt langs de kustlijn van de Zuiderzee. Zij lopen aan de binnenkant van de dijk en hebben een prachtig uitzicht over het lege landschap, als zij daar oog voor hebben. Als zij druk in gesprek zijn over hun vakgebied of de gesprekken die zij tot nu toe hebben gevoerd met deze en gene in de verschillende plaatsen dan zal dat landschap hen gedeeltelijk ontgaan. Zij doen er in hun dagboek in ieder geval geen uitgebreid verslag van.
Ter hoogte van Molkwerum verlaten zij de dijk om even naar dit dorp te lopen. Het klopt als zij zeggen dat dit slechts een kwartier gaans is, al hebben zij dan wel een uiterst traag wandeltempo. De afstand tussen dijk en dorp is nauwelijks 800 meter. Een beetje geoefende wandelaar haalt zeker 5 tot 6 kilometer per uur als wandeltempo.
Molkwerum is op dat moment een tamelijk onbeduidend dorp. Wat zij in Molkwerum willen gaan doen valt onder de categorie jongensachtig gedrag. Van horen zeggen weten zij dat er mooie jonge vrouwen wonen. Dat zij teleurgesteld zijn als zij die niet zien ligt vooral aan het tijdstip waarop zij het dorp binnen wandelden: het is nauwelijks zes uur in de morgen! Of de jonge deerns liggen nog op een oor of zij zijn bezig met de koeien te melken, maar op straat zullen zij zich op dat tijdstip in ieder geval niet vertonen.
Om toch een levende ziel tegen te komen gaan de twee de plaatselijke herberg binnen en ook dat levert een teleurstelling op. Zij vinden niet wat zij zoeken. Kennelijk hebben ze geen tijd om een wandeling door het dorp te maken anders hadden zij een gevelsteen uit 1597 kunnen zien. Een steen ter herinnering aan de welvaart van Molkwerum die vooral tot stand kwam door de handel met Amsterdam. Molkwerum lag aan het water dat bij Stavoren in de Zuiderzee uitkwam. Het aardige van die gevelsteen is dat er in Amsterdam op de Oude Waal een identieke steen is ingemetseld met de inscriptie "Molqueren". De afbeelding van de gevelsteen is ook te vinden boven de ingang van de Nederlands Hervormde kerk in het dorp.
Na dit uitstapje lopen zij terug naar de dijk en passeren "Schuilenburch". Ook hier wordt niets over geschreven, het huis is al in 1737 gebouwd en bestemd als waterschapshuis voor de zeedijk.
Op dat punt zijn zij al over de helft van de wandeling tussen Stavoren en Hindeloopen, de toren van Hindeloopen moeten zij dan al kunnen zien. Ook al is Hindeloopen een stad, het is een van de elf Friese steden, groot is het niet. Twee straten en zij zijn er weer door. Zij volgen gewoon het verlengde van de dijk en komen op Buren en Het Oost uit. Dat zijn ook nu nog de twee straten om het stadje in en uit te komen. Waar zij echter aan voorbijgaan zijn de schippershuizen die her en der verspreid staan, een mooi voorbeeld is Kalverstraat 7 en in Nieuwstad waar er enkele staan. Maar ook aan Buren zijn zij pal langs zo'n schippershuis gelopen, alleen hadden ze hier even verder moeten kijken dan de spreekwoordelijke neus lang is. De achterkant van dat huis is mooier en rijker bewerkt dan de voorgevel.
Waar zij wel oog voor hebben is de bibliotheek in de herberg. Niet minder dan 26 boeken zien zij staan en dat is dan weer opmerkelijk voor zo'n kleine plaats. Een van die boeken gaat over Molquerum, als zij dat door hebben gebladerd hebben zij misschien kunnen lezen wat zij niet hebben gezien toen zij kort tevoren in dat dorp waren. Ook beschrijven zij in enkele woorden de klederdracht zoals de vrouwen die dragen in Hindeloopen.
Dat het van Hindeloopen naar Workum slechts een paar kilometer lopen is blijkt uit het tijdstip waarop zij al in Workum zijn: 9.30 uur. In 4 1/2 u hebben zij dan een kilometer of 17 gelopen, inclusief twee bezoeken aan een herberg in Molkwerum en Hindeloopen.
De tocht van Hindeloopen naar Workum is voor een volgende bijdrage.
bijdrage geplaatst: 14 april 2020
afbeeldingen: auteur