Voor de deelnemers van het sectoruitje op donderdag 18 juli naar Museum Broeker Veiling moet de afbeelding toch op zijn minst een glimlach op het gezicht brengen. Waarom zal straks worden uitgelegd. Voor deelnemers was het interessant om te zien hoe een ander museum het publiek ontvangt, wat de boodschap is van het museum, en hoe het naar de toekomst wil kijken zonder de kernboodschap of het recht van bestaan uit het oog te verliezen.
De vraag is eigenlijk: is de aanduiding 'Museum' wel passend? Museum roept iets statisch op terwijl veel musea inmiddels wel wat actiever zijn geworden. Stil is het allang niet meer op de zalen waar de collectie wordt getoond, als er een publiekstrekker is dan dromt het publiek langs in de hoop een glimp van een schilderij op te vangen. Via moderne middelen wordt dan meer uitleg gegeven over het betreffende werk waar de bezoeker langs geloodst is. Dat een podcast onmisbaar is brengt tevens een kakafonie aan geluiden teweeg.
Musea willen meer bieden. Zo ook het Museum Broeker Veiling (MBV). Dat bestaat nu vijftig jaar en heeft ambitieuze plannen voor de komende vijf jaar. Bij een veiling draait het om het ontstaan en de producten die er geveild werden en de manier waarop het telen en vervoer geregeld was.
Eigenlijk kan MBV zonder probleem daar een nieuw eigentijds verhaal van maken 2.0 of zelfs 3.0. Eten is hoe dan ook een spraakmakend onderwerp in tijden van droogte is er een kleine oogst en wordt de prijs opgedreven, in een extreem nat jaar zal een deel van de oogst op het land verrotten en is het aanbod gering met als gevolg een hogere prijs.
MBV zal met een verhaal aan de slag moeten waaruit blijkt dat gezond eten helemaal bij deze tijd past en dat die gezonde en onbewerkte producten jaren lang voor de klok van de veiling werden gebracht. In Nederland wordt wel groente gegeten, maar het minimum aantal grammen wordt lang niet door iedereen dagelijks gebruikt. Gemaksvoedsel is daar behoorlijk debet aan.
Waarom in de keuken gaan staan als de kant en klare maaltijden op elk gewenst moment gebracht kunnen worden. Maar heeft koken ook niet iets onthaastends in zich? Na een drukke dag sjouwen en rennen gewoon even een half uur met de handen bezig zijn. En dan bij voorkeur eten wat het seizoen te bieden heeft.
MBV heeft een boodschap: gezond eten en minder vlees op het bord, hoe kun je dan gevarieerde maaltijden voorschotelen? Een ander thema is NAT, inderdaad heeft alles met water te maken en daar weet het ZZM (bijna) alles van met het huidige themajaar; de expositie in het Binnenmuseum, de waterkelder, en de cisternes (waterputten) in het Buitenmuseum.
MBV geeft de mogelijkheid van een vaartocht door het duizend eilandenrijk om te laten zien hoe het gebied van plus minus 70 km2. er tot aan de ruilverkaveling van 1965-1973 uit heeft gezien. Smalle kavels waar tuinders op teelden en met hun vaarschuiten de oogst naar de Broekerveiling voeren. Zes dagen per week werd er geveild tussen 7 uur en 9 uur Op hoogtijdagen lagen er 200 schuiten in de lighallen te wachten op hun beurt om voor de klok te komen.
Dat spel van vraag en aanbod wordt uit de doeken gedaan. Maar dan wordt het toch serieus: de veldschuit komt binnenvaren en iedere bezoeker is op dat moment een handelaar. In de bankjes en met een werkende veilingklok. De familie Blokker wil een partij van 65 kg uien verkopen: wie biedt? De prijs wordt ingezet op € 0.80 per kg. Voor biologische uien is dat al een hele lage prijs, maar de wijzer zakt snel naar de uiteindelijke verkoopprijs van € 0.28 en is daarmee afgeslagen.
Aardig detail: deze partij gaat naar Zeeland en eigenlijk is dat water naar de zee dragen. In Zeeland, en met name rond Kruiningen, is een enorme handel in uien, en eigenlijk zijn op alle eilanden van Zeeland wel akkers met uien te vinden.
Daarna kwamen er wat bruikbaarder porties op tafel: aalbessen, aardappelen, appels, bananen, druiven, kiwi, pruimen, spitskool, tomaten, wortel: alles voor een vriendelijke prijs. Misschien niet direct de meest voor de hand liggende producten gelet op de historie van de Broeker Veiling maar hier gaat het vooral om hoe je als bezoeker deel kunt nemen aan het veilen van een mooi product dat op de veiling wordt aangeboden.
Vandaag was het een partij uien, misschien morgen wel 100 kilo aardappelen. En, ja, die koop je allemaal als één partij zoals dat tot 1973 ook de praktijk was. 3.000 Witte kolen, om eens iets te noemen.
Twee keer ging de klok bij opbod, maar dan krijg je toch een andere sfeer: voel je je voor € 5.50 voor een leeg koekblik niet een beetje bekocht. Niet als je weet dat hetzelfde blik elders € 9.95 kost, maar een linnen tasje voor een euro deed het weer goed. Tja, je moet ergens je spullen in mee willen nemen in een tijd waarin plastic verpakkingsmateriaal passé is.
MBV maakte duidelijk dat er werk aan de winkel is, maar in welk museum is dat niet? Publiek moet een verhaal meekrijgen dat blijft hangen en een reden vormt om nog eens terug te komen. MBV kan met het thema eten echt veel kanten uit.
Om nog even een indruk te geven van de situatie medio 1920 van de veiling en het duizenden eilanden gebied een afbeelding uit de Collectie van het ZZM. In het midden het gebouw van de veiling en de lighallen voor de schuiten.
bijdrage geplaatst: 18 juli 2024
afbeeldingen in kleur: auteur
historische afbeelding van de veiling: Collectie ZZM