Deze keer aandacht voor een redelijk onbekende kant van een Hoogheemraadschap: Cultureel Erfgoed. Op de afbeelding staat een hensbeker van het Hoogheemraadschap Uitwaterende Sluizen in Edam. De hensbeker kwam op tafel als er een nieuw bestuurslid tot het bestuur was toegetreden en de heildronk op het nieuwe bestuurslid werd uitgebracht.
Het nieuw gekozen lid kreeg als laatste de beker aangereikt met de daarbij behorende code: drink de beker helemaal leeg. Het hangt dus af van de zuinigheid van de andere medebestuurders hoeveel of hoe weinig zo'n laatste slok kon zijn. Dat was alvast een foefje van je medebestuurders, het andere ook niet onaardig was dat je er rekening mee moest houden dat de slok die je wilde nemen nog wel eens in de beker terug kon slaan. In dat geval was het leed niet te overzien. Bij een eerbiedwaardig gezelschap ga je voor de eerste vergadering niet in je dagelijkse kleren, je trekt dus een net pak aan. Juist dan zou het je overkomen dat je klotsende golf wijn uit de hensbeker over het goede goed krijgt. Dan sta je er pas echt gekleurd op. Je moet dus als nieuw bestuurslid zien te schipperen met deze twee gegevens: toch laten zien dat je een forse slok neemt en oppassen voor de terugslag.
Hensbekers je komt ze in soorten en maten tegen, ieder hoogheemraadschap maar ook veel waterschappen hebben wel een hensbeker in de kast staan. Bij de vorming van een nieuw waterschap kwam er weer een nieuwe hensbeker. Er is in de afgelopen eeuwen een aardige en ook uiteenlopende collectie ontstaan. Wat ze allemaal gemeen hebben is dat het wapenschild van het betreffende hoogheemraadschap of waterschap er in is gegraveerd. Soms ook de wapenschilden van de bestuurders van dat moment.
Deze hensbeker van het Hoogheemraadschap Uitwaterende sluizen is in 1660 gemaakt door de Haagse zilversmid Jeremia Micheel en heeft een hoogte van 37 centimeter, bovenop staat het borstbeeld van Keizer Karel V. De beker is prachtig bewerkt zeer minitieus met gevoel voor detail.
Cultureel Erfgoed is een breed begrip: de hensbeker is al genoemd, maar ook de polderhuizen en andere gebouwde objecten: dijken, poldermolens, gemalen (aterdag 14 mei 2016: Nationale Molen en Gemalendag) dijkmagazijnen, sluizen, bruggen en de peilschalen om eens iets te noemen. Minder zichtbaar maar wel degelijk van belang: de vele kaarten die er in de loop van de eeuwen zijn vervaardigd. Grote kaarten dienden vooral om de wand van de bestuurskamer op te sieren, niet zelden voorzien van de de wapenschilden van de bestuurders die opdracht gaven om zo'n kaart te maken. Aan de gevel van het Gemeenlandshuis van het Hoogheemraadschap van Delfland in Delft hangen een aantal wapenschilden van het Hoogheemraadschap gevolgd door de wapens van de Hoogheemraden (dagelijks bestuur).
, en recht aan de overkant in de kademuur zijn drie peilschalen te zien. De dijkgraaf wilde in een oogopslag kunnen zien hoe de waterstand bij de buren was en welke maatregelen hij op dat moment moest nemen als er sprake was van een teveel aan water. Op de pelischaal die is afgebeeld staan twee schaalverdelingen, linksA: Normaal Peil en rechts Delflands Peil. Zoals te zien zat er een verschil in van 4 meter tussen het NP en DP. Het NP is later omegdoopt in NAP toen alle regionale peilen om waren gezet op het Amsterdams Peil.
In het stadhuis van Amsterdam is een permanente tentoonstelling gemaakt van het NAP met het exacte ijkpunt dat wil zeggen het 0 m NAP van Nederland.
Dichterbij het Zuiderzeegebied zijn ook prachtige voorbeelden te noemen van Cultureel erfgoed. Het fraaie hui svan het Hoogheemraadschap van de Diemerzijdijk, goed te zien vanaf de ring A 10 oost, de voormalige gebouwen van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier in Edam.
Maar verder zijn er veel meer werktekeningen gemaakt van de situatie in het veld, de corebusiness van het hoogheemraadschap en waterschap: Waterbeheer. Naast de kaarten zijn er ook de boeken, de leggers waarin nauwkeurig werd bijgehouden wie waar woonde en hoeveel belasting er werd afgedragen. De leggers kunnen nog steeds van groot belang zijn bij het oplossen van historische vraagstukken, hoe zit het met het eigendomsrecht waar iemand aanspraak op maakt. Is op basis van de leggers aantoonbaar dat het de aanspraak beargumenteerd en correct is.
De eerst genoemde zaken: gebouwen, bruggen, sluizen en gemalen kan iedereen waarnemen in het veld, voor het tweede: kaarten en boeken kunt u naar een archief gaan. Dat kan het oud archief van het betreffende hoogheemraadschap of waterschap zijn of een regionaal archief. De geschreven documenten zeggen iets over het collectief verleden ten aanzien van waterbeheer. Net zo goed van een kleine polder als van een droogmakerij.