De skyline van Enkhuizen
Het betonningsvaartuig “IJselmeer”, de gasboot in de volksmond, zorgde voor de betonning van o.a. het IJsselmeer. De betonning dient om de vaarroutes aan te geven en moet natuurlijk wel op de juiste plaats liggen. Vooral na een winter met vorst is veel betonning van zijn plek verdwenen door (grond)ijs. Om de juiste plaats van de boeien, bakens en tonnen te vinden waren er uiteraard hydrografische kaarten beschikbaar. Maar soms was het veel eenvoudiger om de plaats te bepalen op het zicht. De schipper van de gasboot in de jaren vijftig, dhr. Jan Klein, had hier een speciaal schriftje voor gemaakt, dat nog vele jaren door de bemanning van de gasboot is gebruikt.
Door ijs op drift geraakte boei (januari 1972)
De schipper of stuurman stuurde de boot totdat hij de juiste merken aan de horizon zag. Als dan ook de waterdiepte klopte dan riep hij uit het raam naar zijn bemanning “lekko”* en dan werd de boei of baken overboord gezet.
Voorbeelden hiervan zijn**:
De plaats van een baken, de “Middelton”, in diep vaarwater richting Breezand, was bereikt als na een uurtje varen vanuit Enkhuizen de vuurtoren De Ven op één lijn lag met de toren van de RK kerk van Lutjebroek.
De zogenaamde “Zwarte ton” lag ongeveer op de plaats waar nu het nieuwe vogeleiland “de Kreupel” ligt. Zie ook Eilanden verdwijnen maar nieuwe verschijnen. Deze plaats werd als volgt bepaald: als de hoek van de Proefpolder precies op één lijn stond met de toren van RK kerk in Wervershoof. De Proefpolder werd in 1926/27 aangelegd bij Andijk als proefobject voor de inpoldering van de Wieringermeer. Een baken aan de zuidkant van het Enkhuizer Zand moest liggen op de plek waar de Drommedaris in de RK kerktoren van Enkhuizen verdween. (of andersom is logischer denk ik)
Zo is het nog geen bruikbaar merk!
Een andere baken door vissermannen de “Leier” genoemd, kon overboord als de vuurtoren de Ven in de Zuidertoren van Enkhuizen stond. De zogenaamde “Loggerton” moest overboord als de twee torens van Medemblik in elkaar stonden en het handlood driemeter diepte aangaf: het rode vlaggetje aan het touw gelijk met de waterlijn.
Met de hier genoemde merken was je er nog niet. Voor de juiste plek moest dan ook nog de diepte worden gemeten. Dit deed men met een peilstok tot zo’n 2,5 meter. Was het water dieper dan kwam het handlood eraan te pas. Een touw met aan het eind een gewicht van 6 pond. De afstand op het touw werd gemarkeerd met een rood vlaggetje op 3 meter en een blauw vlaggetje op 4 meter. Dit was de meetmethode voor het bestaan van het echolood.
Dat lijkt toch allemaal vrij simpel maar nog gemakkelijker werd het als je twee merken beschikbaar had. Dan hoefde zelfs de diepte niet meer gemeten te worden.
Zo werd de plaats van de lichtboei “Vrouwenzand 2” bereikt als na ongeveer 5 kwartier varen vanaf Enkhuizen met een snelheid van zo’n 16 km per uur en de goede koers op het kompas Stavoren in zicht kwam. Als het buitenste havenvuur (licht) op één lijn lag met de toren van Hindeloopen en dan als tweede merk, het zogenaamde “dwarsmerk”, de toren van Hemelum ongeveer in het midden van de naar het zuiden aflopende Rode Klif te zien was, dan klonk het “lekko”. Dat kon niet fout gaan en mocht ook niet fout gaan want deze lichtboei lag in de belangrijke vaarroute van Enkhuizen Stavoren vv.
Als het zicht niet goed was, dan ging je met het bovenstaande verhaal vreselijk de mist in en was het schriftje met de aanwijzingen waardeloos. De kaart was dan het alternatief. Met een passer (als je niet weet wat dat is, even googelen) werd dan de afstand gemeten en de koers uitgezet. Met behulp van een kompas en de juiste snelheid kwam je dan ook een heel eind. Maar varen op het zicht van de torens en kerken is toch veel leuker, lijkt mij.
Er zullen nog wel veel meer torens en andere obstakels op de wal als merk hebben gediend. Ook de visserij zal hier vroeger wel gebruik van hebben gemaakt om de netten terug te vinden. Een Urker visser zei ooit eens: “Al ziet men kerk of toren staan, dan is de reis nog niet gedaan”! En zo is het maar net.
In ons huidige GPS tijdperk is deze kennis geheel overbodig geworden. Dus zie dit maar als een stukje nostalgie.
*lekko is een verbastering van “let’s go” en werd of wordt veel in de scheepvaart gebruikt. B.v. als de trossen los kunnen of het anker overboord kan worden gegooid.
**de namen van betonning en de plaatsen ziet op de situatie uit de jaren 50,60 en 70. Nadien is de betonning op het IJsselmeer heel erg veranderd. Ook de merken zullen nu misschien niet allemaal meer te zien zijn door o.a. de aanleg van de Houtribdijk, dijkverhogingen en bebouwing.
Met dank aan mijn betrouwbare bron JP.
Foto’s Enkhuizen van Fotografie Henk Visser, boei op drift uit archief J.H. Klein