Verhaal

Drinkwater

Schoon water

Fallback Image Profiel Vincent Erdin

Hoe zorgde je er in de tijd vóór er waterleidingen waren toch voor schoon drinkwater?

waterkelder

Jaarlijks zijn er duizenden, en wellicht vele tienduizenden, over een van de best bewaarde geheimen van het Zuiderzeemuseum heen gelopen. 

Het thema van dit jaar is: 'Waterwijs', en wat dat is, wijs zijn met water, wordt uitgelegd op de Expositie Waterwijs die in het Binnenmuseum is te zien, maar ook in het Buitenmuseum een logisch vervolg krijgt. En eigenlijk zou het zeker aanbeveling verdienen om van Binnen naar Buiten te werken. 

In de zomer hangt het Binnenmuseum er maar een beetje bij, maar in dit geval is dat echt onterecht. Het onderwerp water raakt iedereen. Als 18 miljoen inwoners er vanuit zouden gaan dat drinkwater het een logisch gegeven is, dan wordt het in de komende jaren een hard gelag als het tegendeel zal blijken.

Ook in Waterland Nederland is de koek echt een keer op. 

Vanaf de Wierdijk, via de binnenplaats, naar de ingang; de perken en buxus staan er fraai bij. Maar ineens doemen de witte lijnen op: dat is het goed verborgen geheim. Wie het rechter pad neemt, en dat is op de afbeelding te zien, ziet dat binnen de markering een putdeksel ligt. Dat is de toegang tot het geheim.

Onder de belijning ligt een waterkelder die in 1755 is aangelegd. De waterkelder heeft behoorlijke afmetingen. Het is zeer aannemelijk dat het hemelwater werd opgevangen via de dakgoten, en dat de fraaie regenpijpen het water naar de kelder afvoerden.

Dit hele gebied was in de achttiende eeuw het domein van de VOC. Er werden schepen gebouwd om naar de Oost te varen. De schepen werden uitgerust met alles wat nodig was voor een maandenlange zeereis. Water, en dan vooral schoon water, was een primaire levensbehoefte. 

Hoogstwaarschijnlijk is de kelder aangelegd, omdat het stadswater uit de gracht niet meer bruikbaar was. In grotere steden moet het, met name in de zomermaanden, niet te harden zijn geweest van de stank door stilstaand, en vies, grachtenwater. Veel kleinschalige huisnijverheid onttrok het water uit de gracht om te gebruiken voor het productieproces, maar loosden het vervuilde water met hetzelfde gemak op die gracht. Huisnijverheid werden fabriekjes etc. Ook de stadsboerderijen leverden hun aandeel in dit geheel.

In Amsterdam werden de grachten onder invloed van het getij doorgespoeld, dat kon echter niet verhinderen dat de stank bleef. In Enkhuizen was het doorspoelen ook mogelijk: bij eb op de Zuiderzee kon het vervuilde stadswater naar buitenstromen. 

In 1755 heeft de VOC tot de aanleg van de waterkelder besloten om in de eigen behoefte te kunnen voorzien. Bleef regen langdurig uit, dan kon er schoon water van elders aangevoerd worden met een waterschip en tijdelijk opgeslagen worden in de waterkelder. 

Door middel van een podcast krijgt de bezoeker meer informatie over deze waterkelder. En de VOC was zijn tijd ver vooruit. Hoogleraar Petra van Dam (VU Amsterdam) legt uit dat er heden ten dage al waterzakken in kruipruimten worden aangelegd om in de eigen watervoorraad te kunnen voorzien. Waterschaarste is iets waar rekening mee gehouden moet gaan worden. Dus als er hemelwater valt: opvangen en filteren voor eigen gebruik.

Waterkelders van deze omvang zijn bijzonder. In het Buitenmuseum zijn tenminste twintig waterputten bij de verschillende panden te zien.

Niet ver van Enkhuizen is nog een waterkelder te vinden. Aan de Zuiderdijk in Bovenkarspel staat een van de stoomgemalen van Polder Het Grootslag. Op de plaats van stoomgemaal was een bijzondere waterkelder: geheel rondom betegeld met geglazuurde tegels in een afwisselend patroon.

stoomgemaal
Deze waterkelder is niet extreem groot. Op de plaats van het voormalige stoomgemaal hebben vijf poldermolens gestaan om het zuidelijk deel van de polder 'Het Grootslag' droog te malen (zie Topotijdreis 1886). Het is goed denkbaar dat de waterkelder, die van vóór de stichting van het stoomgemaal (1907) dateert, is aangelegd als gezamenlijke voorziening voor de poldermolenaars met hun gezinnen. De waterkelder is waarschijnlijk tussen 1750 en 1850 aangelegd. Dat stemt overeen met de periode waarin stadswater slechter van kwaliteit werd om als drinkwater te gaan gebruiken. Daar zullen de poldermolenaars niet zo snel last van hebben gehad omdat zij buitenaf woonden en werkten. Maar een belangrijk probleem was wel: voldoende zoetwater op voorraad hebben.

  

bijdrage geplaatst: 26 maart 2024

 

afbeelding; Binnenplaats ZZM: auteur

afbeelding; Waterkelder Bovenkarspel: Markermeerlogies.